Als donderslag bij heldere hemel was in 2001 de eerste virtuele band een feit. Gorillaz bestond zogenaamd uit de geanimeerde stripfiguren 2-D, Murdoc, Russell en Noodle. De stripfiguren van de hand van tekenaar Jamie Hewlett vormden de uiterlijke representatie van de band in clips en (als hologrammen) ook op het podium. In werkelijkheid zat er een groot scala van popartiesten zoals Damon Albarn (Blur), Miho Hatori (Cibo Matto) en Dan The Automater achter de knoppen bij de groep. Buiten de grote hoeveelheid aandacht die de goede vondst van een virtuele band opleverde, trok Gorillaz terrecht veel bekijks met hun catchy singles en platen van niveau.
Het Franse duo Air is een buitenbeentje binnen de internationale elektronica. De Parijse studenten Jean-Benoit Dunckel en Nicolas Godin vinden elkaar halverwege de jaren negentig door een gedeelde voorliefde voor de vroege synthesizermuziek van Jean Michel Jarre en Tangerine Dream, artiesten die op dat moment in de vergetelheid dreigen te raken. Ook de elegante melodieën waarmee de twee op de proppen komen, en die geïnspireerd lijken door popcomponisten als Serge Gainsbourg, Brian Wilson en Burt Bacharach, zijn een noviteit in het genre. Na enkele goed ontvangen 12 inches te hebben uitgebracht, debuteert Air in 1998 ijzersterk met het klassieke album Moon Safari. Het wereldwijde succes lijkt een molensteen om de nek van het tweetal te worden, als het publiek de koerswijzing op de volgende platen weigert te accepteren. Talkie Walkie (2004) en Pocket Symphony (2007) laten een voorzichtige terugkeer naar het succesgeluid horen.
Halverwege de jaren tachtig kon het idee van blanke joodse middle-class rappers nog lachsalvo’s of openlijke minachting uitlokken. Maar met hun albums en singles bewezen The Beastie Boys allesbehalve een grap te zijn. Nadat hiphop en rock samensmolten tot dé muzieksmaak van rebellerende Amerikaanse jongeren, werd het in toenemende mate duidelijk dat The Beastie Boys zich profileerden als muzikale vernieuwers. Met de release van Paul’s Boutique in 1989 begon de overgang van hitsige, feestzoekende lolbroekerij naar een soulvolle en geoliede muziekmachine. De bierblikken en gouden kettingen verdwenen van het toneel. In plaats daarvan profileerden de bandleden zich met boeddhisme en sociale betrokkenheid. Deze nieuwe mate van volwassenheid en de positieve uitstraling leidden alleen maar tot meer succes, in de vorm van een voortdurende stroom hitalbums. Niet gek voor drie wijsneuzen uit New York City.