Terug naar boven

Met Bach door het jaar (38): Het einde

De laatste zondag van het liturgisch jaar is telkens anders. Dat komt door de steeds veranderende Paasdatum. Hoe vroeger Pasen valt, hoe meer 'gewone' zondagen er te vullen zijn tussen Pasen en het begin van het volgende liturgisch jaar, met de Advent. En als Pasen laat valt, zijn er minder 'gewone' zondagen nodig. Soms kom je niet verder dan 22 zondagen, soms zijn er wel 26 zondagen.

Op de 22e zondag cirkelen de Bijbelteksten die worden voorgelezen rond het thema schuld en boete. Met de cantate Ich armer Mensch (BWV.55) sluiten we het jaar dus niet bepaald vrolijk af, maar gelukkig betekent dit bij Bach doorgaans dat we op prachtige muziek worden getrakteerd.

Een gekwelde ziel komt aan het woord in twee lange aria's, en zoals vaker bij Bach, neemt een tenor deze rol op zich. Deze kan zich goed in zijn rol inleven, want Bach maakt het hem niet makkelijk: er wordt hier een groot bereik gevraagd.

(De openingsaria, op deze cd gezongen door een fenomenale Gerd Türk.

In de tweede aria krijgt de traverso-speler overigens ook stevige kost voor de kiezen. Deze muzikale worstelingen zijn uiteraard door de tekst geïnspireerd, waar een trillend-nerveus en vooral schuldig mens voor God staat en deze om ontferming smeekt.

(De tweede aria, in een opname met een evenzo indringende James Gilchrist)

Na al deze ellende krijgen we godzijdank nog een troostrijk koraal van Bach aan het einde van dit kerkelijk jaar.

(Het slotkoor, in de opname uit de beroemde 'Kantatenwerk'-reeks)

(TC)